12 oktober 2018
Vragen bij vechtpartij Nelson Mandelapark
Artikel 34-vragen “omwonenden getuigen van heftige vechtpartij Nelson Mandelapark”
Omwonenden van het Nelson Mandelapark (Paauwenburg) hebben de SGP op de hoogte gesteld dat maandag 8 oktober, tussen 16.00 en 16.30 uur een heftige vechtpartij heeft plaatsgevonden tussen twee groepen jongeren. Zowel jonge kinderen, hun ouders en ouderen zijn hiervan getuige geweest.
De vechtpartij vond plaats terwijl jonge kinderen in het park aan het spelen waren. Volgens de omwonenden leek het erop alsof het rivaliserende bendes waren, 2 groepen jongeren, elk bestaande uit meer dan 10 personen in de leeftijd 16-18 jaar en dat zij elkaar gericht opzochten om op de vuist te gaan. Tijdens de vechtpartij werd door vijf jongeren uit de ene groep hard ingeschopt en geslagen op een jongen uit de andere groep die naar de grond was gewerkt.
De omwonenden van het Nelson Mandelapark hebben met verbijstering toegekeken naar dit excessieve geweld en hebben op den duur de jongeren aangesproken. Daarop werden de omwonenden verbaal bedreigd. De bewoners hebben de politie gebeld. Deze is gekomen, maar de vechtende jongeren waren (na het vernemen dat de politie zou komen) weggevlucht. De politie heeft bij de omwonenden verklaringen opgenomen.
In het bijzonder de jonge kinderen, maar ook hun ouders en de oudere omwonenden zijn nog steeds erg overstuur door dit gebeuren.
De SGP wil hierover de volgende vragen stellen:
- 1. Is het college op de hoogte van het feit dat een heftige vechtpartij tussen twee groepen jongeren heeft plaatsgevonden in het Nelson Mandelapark op maandag 8 oktober tussen 16.00 en 16.30 uur?
- 2. De SGP is geschokt dat deze heftige vechtpartij op klaarlichte dag voor het oog van jonge kinderen heeft plaatsgevonden, met alle gevolgen van dien voor deze jonge kinderen. Vindt het college dit ook schokkend?
- 3. Heeft het college al contact gehad met de politie over deze vechtpartij?
- 4. De politie heeft verklaringen opgenomen van omwonenden. Is bij het college bekend of aan de jonge kinderen, ouders en de ouderen eventueel slachtofferhulp is aangeboden?
- 5. De SGP gaat ervan uit dat ook het college niet wil dat inwoners in welke wijk dan ook, vooral jonge kinderen, ongewild getuige moeten zijn van een vechtpartij in hun buurt waar zij niets mee te maken hebben. Welke maatregelen kan, wil en gaat het college (met betrokken partijen) nemen om dit te voorkomen?
- 6. Is bij het college bekend of zulke vechtpartijen vaker zijn voorgekomen binnen de Gemeente Vlissingen?
- 7. Indien er sprake is van rivaliserende groepen jongeren, wat doet of wat gaat het college doen om dit aan te pakken om (toekomstige) vechtpartijen of andere vormen van geweld te voorkomen waar onschuldige kinderen, ouders en ouderen in de Gemeente Vlissingen ongewild en ongewenst getuigen van zijn?
Wij zien uw antwoorden op deze vragen tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Fractie SGP
Lilian Janse-van der Weele
Cor Tromp