3 maart 2017

Vragen betreffende bezuiniging op bijdrage MuZEEum

Artikel 34-vragen n.a.v. de Raadsinformatiebrief m.b.t. de toekomst van het MuZEEum, ingediend door SGP en VVD.


Geacht college,

De bezuinigingen op het MuZEEum gaan onverminderd door.
In haar Strategische Visie 2017-2021 heeft het MuZEEum laten zien haar best te doen om te anticiperen op deze bezuiniging, maar tevens de uitdaging aan te gaan en creativiteit en inzet te tonen een museum voor Vlissingen te willen behouden dat gericht is op de toekomst, vernieuwend wil zijn, breed en meer publiek wil trekken, zich wil onderscheiden en zich steeds wil verbeteren om blijvend veel bezoekers te trekken.
Het college heeft aangegeven dat ze dit waardeert.
Het bestuur van het MuZEEum heeft aangegeven dat de structurele bijdrage van de gemeente te laag is om een volwaardig museum te blijven. Het college houdt echter vast aan deze bijdrage.
De VVD en SGP hebben altijd tegen de bezuiniging op het muZEEum gestemd en hebben nog steeds een aangehouden motie in de tas met het verzoek de bezuiniging op het MuZEEum te verminderen met 50%.
De inhoud van de Raadsinformatiebrief geeft voor de VVD en de SGP reden om de volgende vragen in te dienen:

  • Vraag 1

In de Raadsinformatiebrief (rib) geeft u aan dat u de stap die het MuZEEum heeft gezet om de museumfunctie te verbreden, waardeert. Waaruit bestaat deze waardering?

  • Vraag 2

Is het college het met de VVD en SGP eens dat een volwaardig museum bijdraagt aan de culturele, toeristische en economische meerwaarde van Vlissingen?

  • Vraag 3

In de aanbiedingsbrief bij de Strategische Visie van het MuZEEum, vraagt het MuZEEum de gemeente om uitstel van de bezuinigingen om daarmee ruimte te verkrijgen naar een ondernemend museum toe te groeien. Een reactie van de gemeente op deze vraag is in de Raadsinformatiebrief niet terug te vinden. Is er tijdens overleggen tussen de gemeente en het MuZEEum gesproken over dit uitstel? Wat is de reactie van het college op de vraag om uitstel?

  • Vraag 4

De gemeente geeft in de rib aan een onafhankelijk onderzoek te willen laten verrichten naar de kosten van vakbekwaam collectiebeheer. Waarom wordt er geen onderzoek gedaan naar de kosten van het exploiteren van een volwaardig, ondernemend en toekomstbestendig museum?

  • Vraag 5

Ontsluiting en toegankelijkheid van de collectie in het MuZEEum zijn essentieel om, volgens het Museumregister, een erkend museum te blijven. Deze erkenning is niet alleen een kwaliteitsstempel voor beheer van de collectie, maar ook nodig om acceptant te zijn van museumjaarkaarten, aanvragen te kunnen doen bij fondsen en werken te kunnen lenen of uitlenen.
Als de gemeente alleen nog maar een structurele bijdrage gaat geven voor collectiebeheer door het MuZEEum, is het college het met de VVD en SGP eens dat u de serieuze indruk geeft uw handen af te trekken van het MuZEEum?

  • Vraag 6

Van de toekomstige structurele bijdrage van € 162.400 van de gemeente aan het MuZEEum gaat al bijna € 120.000 op aan huur van het gebouw, exploitatie, verzekeringen en accountantskosten. Het feitelijke beheer, ontsluiting en toegankelijkheid van de collectie moet dan nog beginnen.
Is het college het met de VVD en SGP eens dat u de directie van het MuZEEum voor een onmogelijke opdracht stelt een volwaardig, vernieuwend en ondernemend museum te laten worden/zijn en blijven?

  • Vraag 7

In de rib staat dat het MuZEEum van de gemeente, voor de periode 2017 – 2021, een extra bijdrage vraagt van totaal € 222.000 om de slag te maken naar een vernieuwd MuZEEum. Tegelijkertijd wil de gemeente het MuZEEum ondersteunen vanuit de middelen van het Cultureel Aanjaagfonds. Is “een slag maken naar een vernieuwd MuZEEum” voldoende reden om een jaarlijkse bijdrage van €55.500 toe te kennen vanuit dit Aanjaagfonds?

  • Vraag 8

Het MuZEEum heeft, alleen voor het beheer van de collectie, een jaarlijkse bijdrage nodig van de gemeente van € 244.000. Gezien de toekomstige jaarlijkse bijdrage van € 162.400 vanuit de gemeente, komt het MuZEEum hiervoor al jaarlijks € 81.600 tekort. Hier gaat het college, middels een externe deskundige, onderzoek naar doen.
Gezien de waardering van het college voor de Strategische Visie van het MuZEEum en het feit dat het college een belangrijke rol ziet voor het MuZEEum op het gebied van cultuur, economie en toerisme in Vlissingen (dit alles is verwoord in de rib), zou men kunnen verwachten dat de kosten van dit onderzoek bespaard kunnen worden en er een wijzigingsvoorstel naar de Gemeenteraad wordt gestuurd om de bezuiniging op het MuZEEum te verminderen.
Is het college het met de VVD en SGP eens dat dit extra bedrag voldoende gemotiveerd kan worden richting de toezichthouder en artikel 12-inspecteur BZK?

Met vriendelijke groet,

VVD                                                                                 SGP
Tamara Vork-Ritter                                                        Lilian Janse-van der Weele
Albert van der Giessen