29 juli 2017

Bezuinigen op fte's ambtelijk apparaat?

Artikel 34-vragen naar aanleiding van de Raadsinformatiebrief “Monitor Europese middelen in Zeeland”

De SGP en VVD hebben verheugd kennis genomen van de Raadsinformatiebrief waarin te lezen staat dat tientallen miljoenen Euro’s aan Europese subsidies zijn toegekend aan de provincie Zeeland, waarvan ook ruim 3 miljoen is binnengehaald voor bedrijven in Vlissingen (HZ, Impuls Zeeland en Dok41).
Echter, in het licht van de 15%-motie op bezuiniging van het ambtelijk apparaat en de daarbij horende reorganisatie, hebben wij reden de volgende vragen te stellen:

  • 1. Hoeveel fte is binnen de huidige ambtelijke organisatie momenteel beschikbaar en werkzaam om EU- of andere subsidies binnen te halen voor projecten, projecten van bedrijven en organisaties binnen de Gemeente Vlissingen?
  • 2. Hoeveel fte blijft er over voor het binnenhalen van EU- of andere subsidies binnen het gereorganiseerde ambtelijk apparaat?
  • 3. Is het college het met de SGP en VVD eens dat het absoluut noodzakelijk is dat evenveel fte beschikbaar- en werkzaam blijft voor het binnenhalen van EU- of andere subsidies, omdat voor projecten (van bedrijven en organisaties kan Vlissingen) geen extra geld beschikbaar is, gezien de slechte financiële positie van de Gemeente Vlissingen?
  • 4. Is het college het met de SGP en VVD eens dat het binnenhalen van subsidies een zeer welkome financiële stimulans geeft voor projecten van Vlissingse organisaties en bedrijven en dit alleen maar positief uit kan pakken als bedrijven en organisaties goed worden- en blijven gefaciliteerd vanuit de Gemeente Vlissingen?
  • 5. Is het college het met de SGP en VVD eens dat op deze fte, voor het binnenhalen van EU- en andere subsidies, absoluut niet kan en mag worden bezuinigd, daar anders bedrijven en organisaties in Vlissingen miljoenen Euro’s aan deze subsidie mislopen?

Wij zien uw antwoorden op onze vragen tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Fractie SGP, Lilian Janse-van der Weele
Fractie VVD, Tamara Vork-Ritter en Albert van der Giessen